Het PRUP samengevat

Het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Afbakening Kleinstedelijk Gebied Tienen (verder PRUP KSG Tienen) omvat een afbakeningslijn van het kleinstedelijk gebied en drie deelplannen: Oostelijke ring, regionaal bedrijventerrein Soldatenveld en detailhandelszone Leuvenselaan. We leggen hieronder kort uit waar deze plannen vandaan komen en wat ze precies betekenen.

Afbakeningslijn

De Vlaamse overheid streeft in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (1997) naar openheid én stedelijkheid. Concreet komt dit erop neer dat de Vlaamse overheid wonen en werken wil concentreren in stedelijke kernen, en de open ruimte daarbuiten maximaal wil bewaren. In dit kader werden Aarschot, Diest, Halle en Tienen aangeduid als ‘kleinstedelijke gebieden’. 

De provincie Vlaams-Brabant is verantwoordelijk voor de afbakening van die kleinstedelijke gebieden. Die afbakeningslijn vormt een grens tussen twee soorten ruimtelijk beleid. Binnen het kleinstedelijk gebied ontwikkelt men de beschikbare ruimte verder voor wonen, werken en recreatie. Buiten het kleinstedelijk gebied is het ruimtelijk beleid meer gericht op het behouden en herstellen van de open ruimte. U kan de afbakeningslijn voor Tienen hier bekijken.

In het kader van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen is er vastgelegd hoeveel gronden iedere provincie moet bestemmen als bedrijventerrein (voor 2012). Voor Vlaams-Brabant gaat dit in totaal om 1370 hectare. Dit is een gigantische oppervlakte dat vervolgens verdeeld werd over de steden. In de praktijk bleek het onhaalbaar om dergelijke oppervlaktes te vinden in de provincie en werd er een klein aandeel gerealiseerd. Behalve in Tienen…

Voor Tienen werd er oorspronkelijk (voorlopige vaststelling 2011) beslist om de handelszone aan de Leuvenselaan met 3,9 hectare uit te breiden. Dat brengt de handelszone in totaal op 12,7 hectare.

Daar bovenop wilde men in Tienen een nieuw gemengd regionaal bedrijventerrein van 75 hectare te bestemmen. Voor het bedrijventerrein werden verschillende locaties afgetoetst (zie ook FAQ), maar uiteindelijk koos men voor het Soldatenveld in het noordoosten van Tienen. Andere alternatieven werden om diverse redenen afgewezen. Om tegemoet te komen aan meer dan 1000 ingediende bezwaarschriften, de enorme impact voor de omgeving en de verkeerseffecten te ‘milderen’ werd het bedrijventerrein verkleind naar 47,5 hectare (definitieve vaststelling 2012).

Deelplan Oostelijke ring

In tegenstelling tot wat veel burgers denken, zal het PRUP KSG Tienen niet leiden tot de aanleg van de noordoostelijk ring rond Tienen. De reservatiestrook voor de noordoostelijke ring staat sinds 1978 ingetekend op het gewestplan. In het PRUP KSG Tienen wordt het tracé gedeeltelijk aangepast (klik hier voor het plan):

  1. verbinding R27 (Sint-Truidensesteenweg) naar Industriepark (het zogenaamde ‘segment I’): Dit bestond niet op het gewestplan omdat de Ambachtenlaan hiervoor moest dienen en vervolgens lag er nog een stuk reservatiestrook in het verlengde naar de weg Industriepark (langsheen de bedrijven Sylvania, SES en Multiobus). Het nieuwe tracé komt meer oostelijk te liggen. De ringweg volgt niet volledig de Ambachtenlaan en het Industriepark, maar buigt af van de Ambachtenlaan en loopt oostelijk van deze weg, over de gedempte kalkvijvers, langs de waterzuiveringsinstallatie. Vervolgens loopt de weg zo dicht mogelijk langs de bebouwing van het Soldatenplein door het Tiens Broek. De ring kruist het Industriepark ter hoogte van nummer 35.  
  2. verbinding Industriepark naar Oplintersesteenweg (het zogenaamde segment II): de ring wordt in een rechte lijn doorgetrokken door het Soldatenveld naar de Oplintersesteenweg. Deze start ter hoogte van de inrit van het bedrijf Croes-Recom en eindigt op de Oplintersesteenweg ten Oosten van de woningen aan de Grensstraat.

Hoewel men in politieke kringen al tientallen jaren praat over de aanleg van de noordoostelijke ring, zijn er ook in dit PRUP zijn er geen afspraken gemaakt rond de uitvoering of de financiering. Dit bleek nog eens duidelijk uit de officiële adviezen die bepaalde overheidsinstanties gaven naar aanleiding van het PRUP KSG Tienen. Zo stelt Agentschap Wegen en Verkeer: ‘Er is voorlopig bij Vlaanderen geen financiële dekking voor dit project, en AWV geeft geen engagementen m.b.t. de realisatie van de oostelijke en noordelijke rondweg.’ (PROCORO-advies, p.6).

Deelplan regionaal bedrijventerrein Soldatenveld

Dit plan zorgt voor een bestemmingswijziging van 48 hectare op het Soldatenveld. 47,5 hectare landbouwgrond worden herbestemd als gemengd regionaal bedrijventerrein. Ter hoogte van de Grensstraat wordt een klein stukje van 0,5 hectare herbestemd als woongebied (klik hier voor het plan).

Een gemengd regionaal bedrijventerrein is de facto een industriezone. De goedgekeurde bouwvoorschriften spreken over grootschalige bedrijven ‘met een belangrijke ruimtelijke impact op de omgeving op het vlak van mobiliteit, uitzicht, omvangrijke ruimte-inname of potentieel in te bufferen effecten.’ 

De nieuwe industriezone wordt neergepoot op 100 meter van de dichtstbijzijnde woonwijk (Villapark) en op minder dan 250 meter van de gloednieuwe woonwijk op de voormalige terreinen van het PIT – een wijk die trouwens ontwikkeld werd door stad en provincie met de slogan ‘Wonen in het groen’. In een straal van 500 meter wonen 350 gezinnen. Tegelijkertijd lezen we in de goedgekeurde bouwvoorschriften van het PRUP: ‘Op een gemengd regionaal bedrijventerrein kunnen bedrijven gevestigd en uitgebaat worden die om ruimtelijke of milieuredenen niet verweefbaar (meer) zijn met een multifunctionele stedelijke of residentiële omgeving.’ Begrijpe wie begrijpen kan.

In de goedgekeurde stedenbouwkundige voorschriften zijn de toegelaten bedrijfsactiviteiten zeer ruim gedefinieerd. Een overzicht van de bedrijven die op het Soldatenveld mogen komen, vindt u hier (zie ook FAQ). De stad Tienen, die deze plannen mee goedkeurde, kon enkel bekomen dat er ‘slechts’ één breekwerf mag komen op het Soldatenveld en geen SEVESO-bedrijven. Dat zijn bedrijven waar men gevaarlijke stoffen produceert, verwerkt, behandelt, gebruikt  of opslaat.

Omdat nog niet duidelijk is welke bedrijven er precies komen, kon er in het verplichte milieu-effectenrapport (MER) niet berekend worden welke impact deze bedrijven zullen hebben op het vlak van geur- en geluidshinder, luchtkwaliteit en volksgezondheid. De goedgekeurde stedenbouwkundige voorschriften bieden dan ook zeer weinig garanties aan de omwonenden.

Uit de berekeningen in plan MER blijkt dat een industriezone op het Soldatenveld veel verkeer zal genereren. Alleen al in de ochtendspits zou het gaan om 1189 extra voertuigen, waaronder 86 zware vrachtwagens. In de verkeersmodellen werd nog geen rekening gehouden met de ontwikkeling van de ziekenhuissite Sint-Jan, waar men aan de Houtemstraat een parking van 700 wagens plant.

In vroegere plannen werd de ontwikkeling van het Soldatenveld gekoppeld aan het aanleggen van de noordoostelijke ring van Tienen. Die twee zaken zijn in dit nieuwe PRUP losgekoppeld van elkaar. Er kan dus een industrieterrein op het Soldatenveld komen zonder dat de noordoostelijke ring wordt doorgetrokken. Dat is zelfs eerder waarschijnlijk omdat er geen engagement is om de ring aan te leggen. Er is enkel de verplichting om een beperkt stuk ring tussen Industriepark en de Oplintersesteenweg aan te leggen. Van daaruit kan het (sluip)verkeer zich in alle richtingen verspreiden.

De Kopstraat, die nu veel gebruikt wordt door wandelaars en fietsers, zal waarschijnlijk verdwijnen onder beton. Er wordt een nieuwe fiets- en wandelweg voorzien in de bufferruimte die rond het industrieterrein moet aangelegd worden. Fietsers en wandelaars die uit Tienen komen, zullen ongeveer een kilometer moeten rond wandelen of rijden vooraleer ze de open ruimte achter Tiens Veld bereiken.

Deelplan detailhandelszone Leuvenselaan

Dit deelplan situeert zich ter hoogte van de zogenaamde ‘Nelissensite’ aan de Leuvenselaan en heeft als doel een detailhandelszone in te richten. Het plangebied beslaat ongeveer 30 hectare, waarvan 12,7 hectare gereserveerd wordt voor detailhandel. Ook wordt er in het woonuitbreidingsgebied Breisemveld 3,7 hectare woongebied geschrapt en wordt dit bestaande bos bestemd als natuurgebied (klik hier voor het plan).

Het pas goedgekeurde PRUP heeft een onaangename verrassing in petto voor een aantal bewoners en handelszaken langs de Leuvenselaan. Er is namelijk een reservatiestrook toegevoegd om een ventweg aan te leggen langs de Leuvenselaan. Deze is nodig om het verkeer vanaf de parkings van de handelszone naar de Leuvenselaan te leiden. De strook meet 21 tot 26,5 meter vanaf het midden van de weg en loopt dwars over de parkings en voortuinen van een aantal handelszaken en huizen, waardoor er geen bruikbare privatieve ruimte meer overblijft aan de voorzijde van de handelszaken.

Volgens de goedgekeurde bouwvoorschriften in het PRUP mogen volgende bedrijven zich vestigen aan de Leuvenselaan:

  1. grootschalige detailshandelsvestigingen, met andere woorden: winkels die producten verkopen aan een consument
  2. kleinschalige bedrijven met volgende activiteiten:
  • productie, opslag, verwerking en bewerking van goederen
  • op- en overslag, voorraadbeheer, groepage, fysieke distributie en logistiek, groothandel
  • onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten
  • dienstverlenende activiteiten
  • (overdekte) recreatieve voorzieningen zoals bowling, karting, fitnesscentra, overdekte speeltuin, dancing

In totaal mag er aan de Leuvenselaan 25.000 m² vloeroppervlakte ingenomen worden door handelszaken. Ter vergelijking: in het centrum van Tienen is er in totaal 30.000 m² vloeroppervlakte beschikbaar voor handelszaken. Op andere plaatsen is al gebleken dat dergelijke grote winkelcentra een negatieve impact hebben op de historische handelscentra en leegstand in de hand werken.

Omdat men inzag dat dit de doodsteek kon zijn voor de handelaars in de Tiense binnenstad, kwamen er een aantal ‘milderende’ maatregelen. Een winkel die zich aan de Leuvenselaan vestigt, moet minimum 1200 m² bruto vloeroppervlakte innemen. Dit zou ervoor moeten zorgen dat enkel grootschalige winkels zich kunnen vestigen. Een aantal activiteiten zijn niet toegelaten, zoals de verkoop van voeding, de verkoop van kledij en horeca. In welke mate dit zal verhinderen dat de binnenstad van Tienen verder leegbloedt, is nog maar de vraag.

Uit het milieu-effectenrapport (plan MER) blijkt in ieder geval dat de nieuwe handelszone enorm veel verkeer zal genereren. In de avondspits zou het gaan om 950 extra voertuigen per uur. Hetzelfde plan MER voorspelt ‘aanzienlijke negatieve effecten’ op de doorstroming in Tienen, met lange wachtrijen op de Leuvenselaan, de Aarschotsesteenweg en de Diestsesteenweg.